VDL Groep Van Der Leegte Eindhoven The Netherlands

VDL Groep

VDL Groep

Type	Private
Industry	Diversified Manufacturing
Founded	1953 by Pieter Van Der Leegte
Headquarters	Eindhoven, the Netherlands
Revenue	€1.1 billion (2007)
Operating income	€87.9 million (2007)
Net income	€64.1 million (2007)
Employees	7,321
Website	www.vdlgroep.nl

Established in 1953, the VDL Groep is an international industrial and manufacturing company. From its head office in Eindhoven, the Netherlands, VDL supervises its subsidiaries, which have a high level of autonomy and responsibility for results.

The bus and coach division consists of coaches, public transport buses, chassis modules, second-hand buses and mini & midi buses. The finished products sector is extensive: suspension systems for the automotive industry, production automation systems, heating, cooling and air-technical systems, systems for the oil, gas and petrochemical industry, sunbeds and roof boxes, container handling equipment, systems for the agricultural sector, cigar-making and packaging machines, production systems for optical media and medical systems.

VDL companies

• VDL Berkhof – bus and coach builder in Valkenswaard.
• VDL Bova – a luxury coachbuilder based in Eindhoven, Netherlands
• Jonckheere – a motor coach and bus builder in Roeselare, Belgium
• VDL Bus Chassis – bus builder which originated from the bus-building business of DAF.
• VDL Nedcar – a brand independent car manufacturing plant in Born

VDL Bus & Coach

VDL Bus & Coach
Motto of slagzin	“MOVE. TOGETHER”
Oprichting	2005 (basis in 1993 gelegd)
Sleutelfiguren	Rémi Henkemans / Henri Koolen
Land	Nederland
Hoofdkantoor	De Vest 51, Valkenswaard
Producten	Autobussen, touringcars
Website	http://www.vdlbuscoach.com/
Portaal  Economie

 De nieuwe Futura was internationale touringcar van het jaar 2012.

De Futura (Classic) is de succesvolste en de langst in productie zijnde bus in het assortiment van VDL Bus & Coach. Meer dan 11.000 stuks verlieten sinds 1982 de fabriek van BOVA.

 De Ambassador werd mede door het lichtgewicht een populair streekbustype in Nederland. De 12 meter versie is opgevolgd door de VDL Citea LLE120.

 De stads- en streekbussen van VDL worden sinds 2011 vrijwel allemaal onder de naam Citea verkocht. De reeks verving de Ambassador 200, Jonckheer SB250, Transiten Diplomat. Het bustype was Bus Of The Year  2011.

 De Procity werd in Nederland na twee geleverde orders en één geannuleerde order uit het aanbod geschrapt. De kortere Jonckheere versie voor de belbussen van De Lijn werd langer geproduceerd, maar is inmiddels ook uit het assortiment verdwenen.

De Phileas is een geleide bus met trameigenschappen. Bij dit project is VDL nauw betrokken.

 De Parade, MidCity en MidEuro zijn omgebouwde Mercedes-Benz Sprinter bussen. De bussen zijn voorzien van een ander koetswerk met een verlaagde vloer, verhoogd dak, grotere ramen, dubbele busdeuren, meer zitplaatsen en een filmbak.

VDL Bus & Coach levert ook losse chassis. Onder meer de Britse carrosseriebouwer Wrightbus is een groot afnemer.

VDL Bus & Coach is de busdivisie van de VDL Groep. De belangrijkste activiteiten bestaan uit de ontwikkeling, productie, verkoop en onderhoud van mini-, midi- en grote bussen en chassis modules. Het bedrijf heeft fabrieken in Nederland en België. Er wordt geëxporteerd naar meer dan dertig landen. Daarnaast is het bedrijf actief in de handel van gebruikte bussen.

Geschiedenis

De basis van wat nu VDL Bus & Coach is wordt in 1993 gelegd, als vrachtwagen- en autobussenfabrikant DAF wordt meegesleept in het faillissement van moederbedrijf United Bus. De vrachtwagenpoot (DAF Trucks) maakt een doorstart in afgeslankte vorm. Het bedrijf Van der Leegte, dat in die tijd al bestond uit diverse metaal- en apparatenbouwbedrijven, neemt de chassisproductie van bussen over (DAF Bus International). Negentien procent van de aandelen komt weer in handen van DAF Trucks. VDL heeft een goede band met DAF, want op zijn beurt is het weer een toeleverancier van de Eindhovense vrachtwagenfabrikant.

VDL bleef de naam DAF Bus International nog jaren gebruiken. Het bedrijf fabriceert zowel chassis voor openbaarvervoerbussen als voor touringcars. Motoren kwamen toen alleen van de leveranciers DAF en Cummins. Het assortiment motoren in het segment openbaar vervoer heeft VDL in 2012 uitgebreid met het merk Fiat Powertrain Technologies (FPT).

In de zomer van 1996 nam DAF Bus International Smit uit het Friese Joure over. Dit was het begin van de carrosseriebouw binnen de VDL Groep. Eind september 1998 wordt de VDL Groep uitgebreid met zes bedrijven door de aankoop van de Berkhof Jonckheere Groep. Deze maatschappij bestond uit:

• Het oorspronkelijke bedrijf Berkhof (touringcarfabriek) in Valkenswaard.
• De in 1989 overgenomen autobusfabriek van Hainje (Berkhof Heerenveen)
• De tevens in 1989 overgenomen metaalbewerker Postma in Heerenveen
• De in 1991 overgenomen busjesbouwer Denolf & Depla uit het Vlaamse Beveren (Roeselare).
• De in 1992 overgenomen Venlose busjesbouwer Kusters
• De in 1994 overgenomen Belgische autobusfabriek Jonckheere uit Beveren bij Roeselare.

De overname van de Berkhof Jonckheere Groep betekende voor Smit Joure al snel het einde. Het bedrijf draaide al langer verlies en in december 1998 ging het bedrijf bankroet. De productie van touringcars in de fabriek stopte definitief in 1999 en zou aanvankelijk worden overgeheveld naar de fabriek Berkhof Heerenveen en gedeeltelijk naar die van Postma. Vanwege ruimtegebrek door een grote hoeveelheid orders werd er uiteindelijk gekozen voor de fabriek in Valkenswaard. Hiermee verdween de touringcarfabrikant na 82 jaar uit Friesland.

Berkhof had zoveel bestellingen op het programma staan dat het bedrijf lang de fabriek van Smit Joure gebruikte om onderdelen voor stads- en streekbussen te maken, voor onder meer de MAN Scout. Nadat Berkhof in mei 2001 uit de fabriek was vertrokken ontstond dezelfde maand nog het carrosserie- en wagenbouwbedrijf FCB (Friesland Coach Builders). Dit bedrijf is opgericht door een aantal oud-medewerkers van Smit. In de beginperiode bestonden de werkzaamheden voornamelijk uit het repareren en onderhouden van Smit-bussen, maar tegenwoordig voert het bedrijf reparatie- en restauratiewerkzaamheden uit aan verschillende stads- en streekbussen en touringcars. In eerste instantie was het de bedoeling om ook nieuwe bussen te gaan bouwen, dit is echter vanwege een beperkt budget nooit van de grond gekomen.

In 2003 nam VDL één van de laatste grote concurrenten in Nederland over, de touringcarfabrikant BOVA uit Valkenswaard. De busbedrijven worden datzelfde jaar uit strategisch oogpunt onder de naam VDL Bus Groep op de internationale markt gepositioneerd. Vanaf nu is het één van de grootste busproducenten van Europa en door het eerdere faillissement van Den Oudsten uit Woerden in 2001 nog de enige busproducent in Nederland. In België heeft het bedrijf nog steeds een grote concurrent onder de naam Van Hool.

Het huidige marktaandeel bedraagt bijna 8 procent, daarmee staat VDL op een 6e positie in de Europese bussenmarkt.

Merknaam

In 2005 wordt er als vervolg op de VDL Bus Groep voor alle busbedrijven een centrale organisatie opgericht onder de naam VDL Bus & Coach. Het is 2010 als alle verschillende merknamen (BOVA, Berkhof, Jonckheere, Kusters) worden vervangen door het merk VDL. De fabrieken ondergaan in 2011 allen een naamswijziging en de afzonderlijke websites worden uit de lucht gehaald. VDL wil hiermee de busactiviteiten nog beter profileren. Om dat extra kracht bij te zetten krijgt het bedrijf een apart logo (tot dan toe werd het logo van de moedermaatschappij gebruikt) en een slogan: “MOVE. TOGETHER.“. MOVE staat voor mobiel zijn en in beweging blijven. De producten van VDL Bus & Coach zijn immers in beweging: er worden mensen vervoerd. Ook de organisatie staat niet stil, maar is constant in ontwikkeling. ‘TOGETHER’ refereert aan de slogan ‘Kracht door samenwerking’ van het moederbedrijf de VDL Groep.

Producten

Touringcars

De bouw van touringcars vindt in Nederland plaats bij VDL Bus Modules (voorheen Berkhof en VDL Berkhof Valkenswaard), bij VDL Bus Valkenswaard (voorheen BOVA en VDL Bova) en in Vlaams België bij VDL Bus Roeselare (voorheen VDL Jonckheere). De eerste touringcars binnen de VDL Groep werden tussen 1996 en 1999 gebouwd bij Smit Joure. Deze waren van de types Smit Orion en Smit Stratos, beide bussen stonden op een DAF Bus SB3000 chassis. Na de overname van het Valkenswaardse touringcarbedrijf Berkhof werd de Axial onder VDL geproduceerd. In 2003 kon ook de succesvolle bus Futura en de Magiq aan het assortiment worden toegevoegd na de overname van Bova. In 2007 werd ook nog de VDL Bova Lexio ontwikkeld.

Tegenwoordig produceert VDL Bus & Coach onderstaande voertuigen:

• Futura
• Jonckheere
• Synergy
• Citea
• Phileas
• MidCity
• MidEuro
• Tsxi- en rolstoelvoertuigen
• Pacific
• Mistral
• Politiebussen

Openbaar vervoer

In het openbaar vervoer zijn diverse bussen de revue gepasseerd, waaronder

• 2000NL
• Premier
• Ambassador
• Diplomat
• Duvedec
• Jonckheer
• Procity.

Alle bussen zijn ontwikkeld en gebouwd door Berkhof in Heerenveen op onderstellen van VDL Bus Chassis en voorgangers. De Berkhof 2000NL en Duvedec zijn overigens ook gebouwd op Volvo chassis. De productie van de Ambassador werd in 2005 uitgebreid naar VDL Berkhof Valkenswaard vanwege een grote order. Dan was er ook nog de Transit, een product van Jonckheere.

De huidige generatie grote openbaarvervoerbussen draagt de naam VDL Citea en wordt geproduceerd bij VDL Bus Modules, VDL Bus Heerenveen en VDL Bus Roeselare. Er is ook nog een 10,6 meter bus in productie onder de naam Ambassador ALE-106. Ook werkt het bedrijf mee aan de productie en ontwikkeling van de Phileas door haar aandeel van 70% in het Helmondse APTS.

Mini- en midibussen

Het bedrijf Kusters, tegenwoordig VDL Bus Venlo, is al sinds 1921 gespecialiseerd in klein materieel. Ooit begonnen met carrosserieën voor bussen ten behoeve van mijnwerkers, tegenwoordig bouwt men allerlei bestelbussen om voor verschillende doeleinden. Op het gebied van openbaar vervoer produceerde Kusters de Parade. De huidige bussen zijn de VDL MidCity en VDL MidEuro. Daarnaast levert VDL aangepaste bussen voor de politie en biedt het een legio aan oplossingen om bestaande taxi’s rolstoelvriendelijk te maken.

Speciale projecten

VDL bouwt niet alleen een standaardaanbod, maar ook naar wens van de afnemer. Speciale projecten zijn bijvoorbeeld de VDL Pacific en VDL Jonckheere Schoolbus. De eerste is een robuust bustype die geschikt is voor passagierstransport in slecht toegankelijke gebieden waar zowel de toestand van de wegen als de klimaatcondities speciale verwachtingen stellen. VDL Bus & Coach produceert en levert deze bus in diverse uitvoeringen voor landen zoals Ghana, Burkina Faso en Ethiopië. De Jonckheere schoolbus werd gebouwd in Heerenveen voor Parijs en is een bus met een kop van de DAF LF vrachtwagen.

Chassis

DAF Bus International, het begin van VDL Bus & Coach, veranderde na een reorganisatie in september 2003 in VDL Bus International. Per 5 september 2010 is de huidige naam VDL Bus Chassis ingevoerd. Het bedrijf is verantwoordelijk voor de productie van onderstellen voor autobussen en touringcars. De helft van geproduceerde chassis wordt verkocht aan derden, de andere helft gaat naar de koetswerkbedrijvenbinnen de groep. Een groot afnemer is het Britse Arriva plc. In november 2008 bestelde dit bedrijf bijvoorbeeld meer dan 350 chassis van het type SB200 voor levering in 2008/2009. In 2011 werd er nog eens een order geplaatst voor 311 buschassis. Het koetswerk wordt er in Engeland opgebouwd door Wrightbus. Dit is de grootste order die Arriva ooit bij VDL Bus & Coach heeft geplaatst voor ‘right hand drive’ voertuigen. Op 27 januari 2012 maakte VDL Bus & Coach bekend dat het Britse Arriva plc een order voor 80 buschassis van het type SB200 heeft geplaatst.

Een overzicht van de chassis die worden/werden geproduceerd:

• SB200 (vervanger van het SB220 chassis. Wordt toegepast op de Ambassador 200 en VDL Citea LLE. Veel export naar buitenland)
• SB180 (verkort chassis, vervanger van het SB120 chassis)
• SB230 (toegepast op Transit en Citea 12 + 12,9 meter variant)
• SBR230 (twee assen + derde sleepas, toegepast op Transit en Citea 13,7 en 14,5 meter variant)
• SB4000+ (touringcar-chassis)
• SBR4000+ (touringcar twee assen + derde sleepas)
• TB2175 (voor de VDL Pacific)

Chassismodules

• SB260 (toegepast op de Citea CLF-120)

Voormalige chassis

• SB120 (verkort chassis, toegepast op Ambassador 120) – vervangen door SB180 chassis
• SB220 (Berkhof 2000NL)
• SB225
• SB250 (Berkhof Premier en Berkhof Jonckheer)
• DB250 (geschikt voor dubbeldekkers)
• DB250+ (geschikt voor dubbeldekkers)
• SB2750 (geschikt voor touringcars)
• SB3000 (geschikt voor touringcars)
• SBR3000 (geschikt voor touringcars)
• SBR3015 (geschikt voor touringcars)
• SB4000 (touringcar, Berkhof Axial)

Onderhoud, reparatie en onderdelen

In Eindhoven is een gespecialiseerde werkplaats voor onderhoud, reparatie en schadeherstel van alle merken touringcars en bussen onder de naam VDL Busland. Onderdelen van bussen zijn verkrijgbaar bij VDL Parts te Veldhoven.

Verkoop

VDL heeft een locatie voor verkoop, aftersales en onderdelen voor alle VDL Bus & Coach producten in de landen Nederland, België (ook voor Luxemburg), Duitsland, Frankrijk, Italië, Noorwegen, Polen, Servië, Tsjechië (ook voor Slowakije), Zuid-Afrika en Zwitserland.

In Servië heeft VDL bovendien eind 2010 de autobusfabriek Ikarbus in Belgrado overgenomen. De Servische overheid heeft een belang van 20% in dat bedrijf. In de fabriek werken 250 mensen en er zullen op jaarbasis 250 bussen worden geproduceerd. VDL kocht de fabriek omdat de in Nederland geproduceerde bussen te duur zijn voor de Oost-Europese markt.

Gebruikte bussen van alle merken en typen worden ingekocht en verkocht bij VDL Bus Center (voorheen VDL Coach & Bus Center, VDL CBC) in Nederland, Duitsland en Frankrijk.

VDL Apts Phileas

VDL Berkhof

http://myntransportblog.com/2013/10/31/buses-berkhof-the-netherlands/

VDL BOVA

VDL Bus Roeselare

VDL Bus&Coach

VDL Heerenveen

VDL Jonckheere

http://myntransportblog.com/2014/04/15/buses-bodybuilders-jonckheere-belgium/

Externe link

• Officiële website

Bronnen, noten en/of referenties Omhoog↑ VDL Bus & Coach is Profit of Ownership Omhoog↑ Bussenfabriek Smit weg uit Joure, Leeuwarder Courant, 7-10-1998 Omhoog↑ Leeuwarder Courant, 22 januari 1999 Omhoog↑ Uit de as van Smit herrijst aan bussenbouwer Omhoog↑ Friesland Coach Builders, Officiële website Omhoog↑ Persbericht VDL Groep, 14-9-2010 Omhoog↑ Arriva plaatst order VDL Bus & Coach (n.a.v. persbericht VDL Groep, april 2011 Omhoog↑ Arriva heeft wederom een groot aantal SB-200 chassis besteld voor levering in 2012 via Arriva Bus and Coach, VDL-distributeur in Groot-Brittannië Omhoog↑ Actuele informatie Omhoog↑ (de) Omnibusvertrieb Ost Omhoog↑ VDL neemt bussenfabriek Servië over

 

HAINJE

http://myntransportblog.com/2014/02/10/buses-body-coach-builders-hainje-heerenveen-the-netherlands/

KUSTERS & LEMMENS

http://myntransportblog.com/2014/05/07/buses-bodybuilders-kusters-lemmens-the-netherlands/

DUVEDEC

http://myntransportblog.com/2013/10/30/buses-duvedec-dutch-vehicle-development-center-the-netherlands/

APTS PHILEAS

http://myntransportblog.com/2013/10/30/buses-apts-phileas-hybrid-vdl-the-netherlands/

SMIT

http://myntransportblog.com/2014/10/07/smit-buses-joure-friesland-the-netherlands-192

BERKHOF

http://myntransportblog.com/2013/10/31/buses-berkhof-the-netherlands/

JONKHEERE

http://myntransportblog.com/2014/04/15/buses-bodybuilders-jonckheere-belgium/

DENOLF & DEPLA

http://myntransportblog.com/2014/11/20/depla-en-denolf-bus-and-coachbuilders-belgium/

OPTARE Buses Leeds England UK start 1985

Optare

Optare Group Limited

Type	Public (LSE: OPE)
Industry	Bus building
Founded	1985
Headquarters	Sherburn-in-Elmet, England
Products	Buses
Parent	Ashok Leyland
Website	www.optare.com

Optare’s new state-of-the-art manufacturing plant at Sherburn in Elmet, near Leeds

An Optare Versa destined for use on Transdev Blazefields’ StarShip service

Optare plc is a bus manufacturer based in Sherburn in Elmet, North Yorkshire, UK. Its parent company Ashok Leyland, part of the Hinduja Group, is ranked within the top five global bus manufacturers.

The company operates two main business units, Bus Manufacturing and Product Support and manufactures a full range of bus types from minibuses to full-size single deckers, with a new double-decker currently undergoing preproduction testing. As well as bus manufacturing, the group operates a nationwide and international sales division, together with the Optare Product Support parts and service network.

The Optare name originated in 1985, with a new business formed from the remnants of the Charles H Roe operation which had been closed in 1984 by its owners Leyland Bus. The closure was in anticipation of a steep decline in demand expected to result from the deregulation of bus services. In order to differentiate itself from its competitors, the new company’s philosophy was to offer its customers more choice, hence the name Optare which is Latin for “to choose”.

Deregulation brought about a time of changing and challenging market conditions for UK bus manufacturers, with the breakup of the nationalised manufacturing industry dominated by British Leyland and its subsidiaries, and the breakup of the traditional home markets through the deregulation of bus services and privatisation of the Scottish Bus Group, National Bus Company, PTE operations and many municipal companies.

In the consequent upheaval in markets and demand through the 1980s and 1990s, the Optare business underwent several changes in ownership, but on the whole, retained its senior management. During this time Optare benefited from the development of close relationships with particular customers who were not necessarily tied to larger suppliers, through political or corporate ties. Wilts & Dorset and Reading Buses became notable loyal Optare customers, with several high profile new London operators also choosing Optare as a market differentiator, such as Harris Bus‘s use of the Optare Excel. Optare also introduced several technological innovations, with an early electric buses trial, introducing the first UK low-floor double decker, the Optare Spectra, and the ground breaking Optare Solo (“so low”) low floor midibus, both in 1997.

In its early years, Optare developed a number of body on chassis products but now only builds fully integral designs which have the benefit of low weight, high strength and market leading fuel efficiency. The company has also exported a number of models.

History

Formation of Optare

An Optare-bodied Leyland Olympian for Yorkshire Rider

In September 1984, Leyland announced that it was closing the Charles H. Roe vehicle bodywork building business in Leeds. In response, Russell Richardson, a former plant director at Roe, backed by the West Yorkshire Enterprise Board and many redundant former employees, created Optare in February 1985.

The company was created at a very difficult time for the bus and coach industry, with the challenges of privatisation and deregulation meaning very few orders for new vehicles. The first orders came from the still publicly owned West Yorkshire Passenger Transport Executive (WYPTE) and South Yorkshire Passenger Transport Executive (SYPTE), keen to support the locally based company. The publicly owned but arms-length company Yorkshire Rider, as successor to the WYPTE bus fleet, also took early vehicles.

When the Roe business closed down, WYPTE had an unfulfilled order for five Leyland Olympian coach-seated double-decker buses in place for its Metro coach operation. These five part finished buses went from Roe to Eastern Coach Works as shells for completion, but subsequently ten more were completed as Optare buses but to the Roe design, the first of which was completed in September 1985, the 17th Optare bus body. Five went to WYPTE, and five to its successor Yorkshire Rider, and a further five standard seated Olympians were also delivered to WYPTE, two as convertible open top buses.

The first Optare designed bodies were fourteen Dennis Dominos for SYPTE built starting in February 1986. Optare also bodied fifteen Leyland Cubs for WYPTE. A preserved Cub later visited the Optare plant in 2005.

Starting in August 1986 Optare built fifteen minibuses converted from the Freight Rover Sherpa vans, for WYPTE.

CityPacer and StarRider

A 1986 London Buses Optare CityPacer taken in the 80s OV6

Optare products initially continued on from inherited Roe designs but it was clear from the start that if the new business was to survive, it had to make its mark with new and innovative models of its own.

In 1986 Optare introduced its first true product, the CityPacer minibus. This was based on a heavier version of the MAN-VW LT55 van chassis, to which Optare made modifications prior to bodying. The engine was a six-cylinder 2.4-litre and the body seated 25, with space for a further 5 standing passengers, a size that met the minibus vogue of the late 1980s. While its competitors looked like the modified vans they were, the CityPacer had attractive styling notable for its large one-piece raked windscreen. London Transport bought 52, and other major operators bought small batches. More than 290 CityPacer’s were produced in total between 1986 and 1992.

1987 saw the introduction of the StarRider which was based on the Mercedes-Benz 811D chassis. This was a heavier chassis with a proven reliability record and had seating for 33 passengers. London Transport took 123 StarRiders and a total of just under 320 were built between 1987 and 1994.

Expansion

An Optare MetroRider at Cobham bus rally at Wisley Airfield

In 1988 the first full size Optare product appeared, the Delta. This was a single-deck bus based on the DAF SB220 chassis. The Delta bodywork featured contemporary styling and was aluminium with a bolted frame licensed from Alusuisse. The Delta successfully found a niche in the full-size single deck bus market, which was very limited at that time. Approaching 370 Delta’s were built before production ended in 1998.

Dennis had effectively created a new market segment, known as a midibus, with the introduction of the Dennis Dart. Optare soon introduced a competitor, the Vecta, albeit slightly bigger and wider than the Dart at that time, seating 40 in a full width 2.5m body. The chassis was the MAN 11.190 and featured a ZF gearbox and full air suspension. The bodywork was a scaled down version of the Delta.

The CityPacer and StarRider were phased out in the years after Optare purchased the design for the MCW Metrorider in 1989, rebranding it as the Optare MetroRider. This was a larger design than the CityPacer, and more robust when compared to the StarRider. It was Optare’s first venture into fully integral vehicle manufacturing, and became the mainstay of the Optare midi/minbus offering until the low floor Solo was introduced in 1997.

The Spectra double-decker set new standards in design, forcing a rethink of how a double-decker should be styled.

DAF/United Bus

Front view of a Spectra of  Wilts & Dorset

Autobus Classique bodied Mercedes-Benz Vario in Horsham in April 2009

In 1990, Optare joined a group called the United Bus, which included DAF Bus.

Having already used a DAF SB220 chassis on the Delta, now as part of United Bus, Optare collaborated with DAF to design the Optare Spectra. It was based on the modified design of the MCW Metrobus purchased by Optare, and combined parts from it and the SB220 to form a new double deck chassis, designated DB250, with Optare bodywork called Spectra. Due to the United bus relationship and joint design, the Spectra was built exclusively on DB250 chassis. As well as having a striking front end, the Spectra was also recognisable for having no rear window. Introduced in 1990 it was described as a “partly low-floor double-decker”. Despite the association with DAF, in 1991 Optare also launched a conventional height midibus in on the MAN 11-190 chassis, the Vecta.

After the collapse of United Bus in 1993, Optare was again returned to independent status with another management buyout. The reaction to the collapse of United Bus was the release in the next two years of two Delta derived single deck buses on different non-DAF chassis, the Sigma and Prisma. The Prisma was noticeable in having a generic Mercedes-Benz style front end rather than the recognisable Optare family face.

Optare acquired Autobus Classique in 1996, shortly after the launch of their Nouvelle luxury minicoach. Optare significantly redesigned and rebadged it in 1997 as the Nouvelle 2, and it served similar markets to the StarRider/MetroRider coach versions. Also in 1997 a relationship with a Spanish mini and midi coach manufacturer named Ferqui SL began, with the importation of the Solera luxury midicoach into the UK.

While part of United Bus, Optare also for a time became the exclusive UK dealer for the distinctive full size Bova Futura coach.

Low floor era

Optare began introduction of low-floor buses in the UK in 1995 with the launch of the Optare Excel full size single decker. Although low floor single decker buses had begun to appear as early as 1993. Initially, the Excel used Cummins engines and Allison transmissions with later examples (Excel 2) having Mercedes-Benz engines available as an option. The introduction of the Excel marked the start of sustained period of selling integral bus products rather than body on chassis combinations, which continued until the Darwen merger briefly brought East Lancs models to the range.

With modifications of the DB250 chassis to become the DB250LF, in 1997, the Spectra became the first fully low-floor double decker bus on offer in the UK.

Also in 1997 the Solo was launched and became a success for Optare. With a unique design of a front axle forward of the door, it allowed a low-floorlayout in a very short bus, and also came equipped with kneeling suspension for even greater access. Its styling and innovation led to a Millennium Products award and the Queen’s Award for Innovation.

North American Bus Industries

In 2000, Optare was bought by Hungarian owned North American Bus Industries. This gave Optare products exposure in the North American market. With an export version of the Solo finding success at several US airports and with Miami Dade Transit in Florida.

The NABI era saw the introduction of the Alero low-floor minicoach in 2001, filling a gap in the market for a low floor vehicle for use on low intensity services such as demand responsive transport, already covered at the higher capacity by the Solo. In 2004 the new derivatives of Solo were introduced offering a longer variant and also a narrower ‘SlimLine’ model to further capture the market. Also introduced in 2004 was the first new bus model since the Solo, the Tempo, a full size single decker with another striking design, even when considered in the environment of increasingly stylish competitor products.

On 1 August 2005, North American Bus Industries found themselves in financial difficulties, and speculation about the future of Optare was ended with the announcement that Optare had, once again, been acquired by its management. This change did not affect the further roll out of the new range, leading to the Versa and a radically restyled Solo (the Solo SR), both with a distinctive raised part of the roofline towards the front of the bus.

Darwen takeover

The Optare logo used before the Darwen reverse takeover.

On 12 March 2008 the Optare senior directors accepted a complete buyout offer made by Jamesstan Investments, an investment company controlled by the Darwen Group‘s parent company chairman Ron Stanley. Optare initially remained an independent company but by 17 July 2008, a reverse takeover by Darwen Group had been completed. Darwen was the much smaller company, but its AIM listing saw the enlarged Optare gain a stock exchange listing itself as Optare plc. The combined business employs 830 people with a £90 million turnover.

With the respective histories of the two entities, Optare plc can be considered the successor company to the historical British bus manufacturers Charles H. Roe (through Optare), founded in Leeds in 1923, and East Lancashire Coachbuilders, (through Darwen), founded in 1934 in Blackburn.

Optare plc

The former plant in Cross Gates,Leeds seen in April 2009.

The Optare website was relaunched with a new logo, and with the ex-East Lancs Olympus and Esteem models listed as Optare products. At the time of merger, Optare manufactured buses from three sites, the primary sites being in Leeds (the former Leyland Bus site) and Blackburn (the former East Lancs site), with a further facility in Rotherham.

The merger brought together the single deck and midibus portfolio of Optare, with the primarily double deck order book of Darwen.

After the merger, Optare began rationalisation of its bus manufacturing business. In 2009 the production of Esteem single-deck bodywork was ceased, and the manufacturing site at Rotherham was closed.

Ashok Leyland

In summer 2010, Ashok Leyland (former Indian subsidiary of British Leyland) bought a 26% stake in Optare.

Subsequently, in December 2011, Ashok Leyland increased its stake to 75.1%

2011 saw the inevitable closure of the Leeds factory, and the core business relocated to a new fully enclosed 13,000m2 building in nearby Sherburn-in-Elmet. Then in 2012 restructuring was complete when the former East Lancs site was also closed putting all manufacturing process under one roof at Sherburn.

Optare Product Support (formerly Unitec)

The Optare parts and service division Unitec has locations at the former Rotherham factory, as well as in Thurrock, Essex.

In 2009 Unitec was renamed to Optare Product Support.

Coach imports

As of 2008, the minicoach models Toro, Solera and Soroco were imported by Optare from the Spanish manufacturer Ferqui, and marketed as Optare products. They were luxury minicoach bodies built on Mercedes-Benz chassis, however, due to significantly reduced demand for mini and midi coaches, as part of its restructuring process, Optare took the decision to concentrate on its bus manufacturing activities and the relationship with Ferqui was formally ended in 2012.

Products

Buses

Current

First Manchester Solo SR with Hybrid Drive

Full electric drive Optare Solo SR in service with Dorset County Council

Optare Bonito Bonito small and accessible bus (2012 -)

2013 Optare Solo SR for route 470 Solo SR (2007 – )

2014 Optare Solo SR EV (Solo SR EV 2012-)

Optare Tempo SR Tempo single decker (2004 -) (restyled Tempo SR 2011 – )

Optare Versa NEC 7 November Versa, midibus between Solo and Tempo (2006 -)

2012 Optare Metrocity MetroCity, two door midibus for London (2012 -)

Optare Metrodecker front three quarter press shot MetroDecker, Integral double decker (2014 -)

Discontinued

1985 Optare City Pacer Minibus CityPacer minibus (1985–1992, replaced by the MetroRider)

Optare StarRider HarrowBuses G82KUB StarRider minibus (1987–1994, replaced by the MetroRider

Optare ColumboRider in Agyaat The Unknown, 2009 Optare ColumboRider (1987 – ?)

3x Optare Delta  Delta single decker (1988–1999)

 

1992 Optare MetroRider UK MetroRider minibus (1989–2000, replaced by Solo)

6x Optare Spectra 1992 Optare MetroRider UK (1991–1997, low floor 1997–2005)

3x Optare Vecta midibus (1991–1997)

2 x Optare Sigma (1994–1996, single-deck version of the Spectra)

3x Optare Prisma (1995–1998) single decker, Mercedes front

5x Optare Excel (1995–1999) (Excel 2 1999 – 2004, replaced by Tempo)

8x Optare Solo Solo low floor midibus (1997-2012, replaced by restyled SR model(Solo⁺ 2008)(Solo EV 2009- 2012 Replaced by restyled SR EV model)

5 x Optare Alero low floor minibus, (Alero 2001 – 2006, Alero Plus 2006 – 2008) 16pl

Optare Esteem Demonstrator Esteem single decker (formerly East Lancs Esteem) (2008–2009)

Optare Rapta double decker (2009)

Optare Olympus double decker (formerly East Lancs Olympus) (2008 -2011)

2011 Optare Visionaire UK Visionaire open-top double decker (formerly East Lancs Visionaire) (2008 -2011)

Optare OmniDekka double decker (formerly East Lancs Omnidekka) (2008-2011, only adopted by Nottingham City Transport)

Coaches

Discontinued

Ford Transit Optare Bonito A085 Bonito

Optare Toro Mercedes Benz u62 Toro

Optare Solera Ferqui fy02lcl Solera

optare-soroco-mercedes-benz-2006 Soroco

NO PICTURE Optare Rapido

NO PICTURE Optare Viedo

Buses bodybuilders JONCKHEERE Belgium

 JONCKHEERE

2002 Stadsbus van Yokohama Jonckheere Monaco

2010 Jonckheere Transit 2000 bus in Belgium. De Lijn operator

JONCKHEERE

is een autobusfabriek in het Belgische Beveren bij Roeselare. Tot 2011 voerde het bedrijf de naam Jonckheere, Nu is het een onderdeel van VDL (van de Roeselare) Daarover bij de V.

Geschiedenis

1930 Jonckheere Willeme

Henri Jonckheere

Het bedrijf startte in 1881 als koetsenatelier. De oprichter was Henri Jonckheere (1851-1910). Het atelier kwam er op de plaats waar hij voordien een herberg met smidse uitbaatte. Voor de bouw van paardenwagens en koetsen stelde hij heel wat mannen uit het dorp tewerk. Vanaf 1902, met de opkomst van de automobiel, werden ook koetswerken voor auto’s gemaakt. Aanvankelijk waren dit houten koetswerken die op het chassis van beroemde auto’s zoals Minerva, Rolls Royce en FN werden gebouwd. Jonckheere was daarmee één van de oudste Europese carrosseriebouwers.

1930 Citroën T45 Jonckheere

In 2005 werd de Brabantstraat waar een deel van het latere bedrijf Jonckheere gevestigd was, omgedoopt tot de Henri Jonckheerestraat als verwijzing naar de stichter van een van de belangrijkste bedrijven uit Beveren.

Joseph Jonckheere

1930 jonckheere mercedes benz

Vanaf 1922 richtte zoon en opvolger Joseph Jonckheere zich meer op het bouwen van autobussen en touringcars. In de jaren 1930 werd de productie van automobielkoetswerken stopgezet. In Beveren zelf waren er dan meerdere carrosseriebedrijven waardoor de concurrentie er moordend was. Het bedrijf hield zich toen niet alleen met carrosserieën bezig, maar waagde zich ook aan lichte en zware plaatconstructies. Voor die deeltak richtten Joseph en zijn zoon Henri in 1947 de firma Sadef in Gits op. Het bedrijf in Beveren zou zich daarna weer op carrosserieën toeleggen. Het was ondertussen Belgisch marktleider voor autobussen geworden. Na de Tweede Wereldoorlog nam de behoefte aan wegtransport toe. Jonckheere speelde hierop in en het productengamma werd verder gediversifieerd.

Henri Jonckheere

1936 minervabus Jonckheere

Vanaf 1964 leidde Henri Jonckheere, kleinzoon van de stichter, het bedrijf. Het honderdjarig bestaan van het bedrijf werd in 1981 gevierd met een nieuwe touringcar die de naam ‘Jubilee’ mee kreeg. De opvolgers ‘Deauville’ en ‘Mistral’ werden eveneens succesvol.

VDL

1946 Jonckheere Ford v8 b

In 1994 werd het bedrijf opgekocht door de Berkhof Groep. Die groep werd in 1998 opgekocht door de VDL Groep. In 2003 voerde de VDL Groep naamsveranderingen door, waardoor het busbouwbedrijf werd ingelijfd bij de ‘VDL Bus Groep‘ en vanaf nu werd aangeduid als ‘VDL Jonckheere’. De busjesbouwer Denolf en Depla, die sinds 1991 onderdeel was van de Berkhof Groep en in 1993 nog een nieuwe vestiging kreeg, werd opgeheven en de productlijn ging op in de Jonckheere-fabriek. Op 25 september 2010 veranderde de naam ‘VDL Bus Groep’ in de naam ‘VDL Bus & Coach’. De naam Jonckheere is in 2011 geheel komen te vervallen. Bussen die in de fabriek worden geproduceerd, krijgen nu de merknaam VDL.

1946 Scania Vabis Jonckheere België

1948 Auto Miesse Jonckheere België

1948 Volvobuss Med Jonckheere kaross.

1951 jonckheere aec bus

1951 jonckheere chevrolet-perkins bus

1952 JONCKHEERE DAF

1952 Jonckheere Brossel Chevrolet Perkins

1953 Brossel A77 DLV Jonckheere België

1953 Jonckheere Magirus Deutz België

1954 Van Hool – Jonckheere Sammlung

1955 jonckheere brossel bus

1956 Jonckheere daf16-ansichtkaart

1957 DAF autobus met Jonckheere opbouw

1957 Jonckheere Auto Miesse Bus

1957 Jonckheere DAF bus

1958 Auto Miesse Jonckheere Bus

1958 Leo Kors bus-18-daf-jonckheere

1958 Van Hool Jonckheere brussels museum van hool

1958 AEC Jonckheere atom omnibus © VDL Jonckheere

1959 DAF B1500 P533 DAF carr Jonckheere GTW 19

1959 Jonckheere mercedes benz O302 bus

1959 O302 Mercedes Benz Jonckheere Alt © Serge Pietgen

1959-daf-b1502-ds533-jonckheere-bus-20-21

1960 DAF TB 160 DS 520 DAF carr Jonckheere GTW20

1960 DAF TB160DS520 carr. Jonckheere, Roeselaere, B TB-86-84

1961 Jonckheere Guy bus

1962 BAK 16-1 Büssing Jonckheere

1962 DAF JONCKHEERE

1962 Jonckheere Verleyen AEC

1963 JONCKHEERE Sedert 1881

1964 DAF carr. Jonckheere

1964 DAF Jonckheere bus Rijkswacht B

1964 DAF JONCKHEERE

1964 Jockheere stic43

1964 JONCKHEERE AEC 1144

1964 Jonckheere Scania Vabis bus © Arie van der Vaart

1964 JONCKHEERE Solenza op DAF

1965 DAF TB BOVA Jonckheere © Fraassen

1965 Mercedes-Benz O 321 H Jonckheere bodywork

1966 Jonckheere Daf TB bus

1967 Leyland, RTW Jonckheere

1967 staan aan het station van Doornik twee Jonckheere-Volvo van de exploitant

Chaval klaar voor een volgende rit. © P Shearman

1968 AEC-Jonckheere © Verleyen

1968 Daf jonckheere

1968 Volvo B57 60 Jonckheere

1970 Daf Jonckheere Bus Philips

1970 DAF Jonckheere Texel

1970 DAF Jonkheere

1970 jonckheere TB 2100 daf bus

1971 DAF Jonckheere EHAD Philips Special

1971 daf touringcar met Jonckheere opbouw

1971 DAF-Jonckheerebus 44 van Mulder uit Hoensbroek

1972 DAF Jonkheere

1972 DAF-Jonckheere Rijkswacht

1972-vdl-jonckheere-bussen-voor-ghana-roeselare © Paul Bennink

1972 Volvo Jonckheere 60 23 GB

1973 Volvo Solenza Jonckheere 11900cc 280ps

1974 DAF, SB1602DH530 Jonckheere

1974 Jonckheere Dafb

1974 Jonckheere leyland bus

1975 SCANIA BR86+Jonckheere

1976 Eagle M31Jonckheere Bus

1976 Jonckheere Nefkens2

1977 SCANIA BR145 Jonckheere

1977 Volvo B58-60-Jonckheere semi-tourwagen met 54 zitplaatsen Schutte48

1977 VOLVO JONCKHEERE B59-55S

1978 Jonckheere leyland worldmaster bus

1980 Jonckheere TransCity Volvo Litouwen

1981 Jonckheere Jubilee Estland

1981 Jonckheere jubilee

1982 Jamaica-Volvo VDL Jonckheere Bus

1982 Jonckheere Litouwen

1982 Jonckheere

1983 JONCKHEERE Jubilee

1984 Jonckheere Mercedes Benz Bermuda

1988 Jonckheere Deauville België

1990 128 ESA 182 arch JHarmsen 182 Magirus Deutz M130-R81 Jonckheere

1990 Futura FVD BOVA Jonckheere

1991 Volvo Berkhof Duvedec Jonckheere

1992 Volvo Jonckheere Arrow 50 Denemarken

1993 Jonckheere Scania Jubilee Estland

1996 Volvo Jonkheere in Oban Scotland

1997 Jonckheere Volvo Communo

1997 JONCKHEERE Mistral (Car&Bus)

1998 Volvo Berkhof Jonckheere 2000NL NoordNed 4748-III

1998 Brussels A Volvo B10M Jonckheere bus Marcel Sloover

1999 Berkhof Jonckheere GVB469

1999 JONCKHEERE Mistral 70 Millennium (Car&Bus)

1999 JONCKHEERE TRANSIT 2000 (Car&Bus)

2000 Jonckheere Premier

2001 Jonckheere Catherine de Buyl Horse Insurance © BuzzyBeeForum

 

2001 JONCKHEERE Immage

2002 Berkhof Jonckheere VDL 2000NL

2002 B-DAF Jonckheere TB 2100-Belgian Army

2002 JONCKHEERE Arrow

2002 Jonckheere Monaco UK

2002 JONCKHEERE Procity Peugeot

2002 Premier-Solingen Berkhof Trolley

2002 ST2000 als BBA T-bus

2002 Stadsbus van Yokohama Jonckheere Monaco

2003 Berkhof Jonckheere GVB173

2004 Jonckheere Volvo 331447 van Modern Toerisme

2004 Procity of Parade BR-HG-37(NL)

2005 Jonckheere Mistral 70 Volvo

2006 Citea

2006 Parade-Procity

2006 Pro City Frysker bus

2006 ST2000 van Novio uit Nijmegen

2007 Diplomat

2007 Futura hoogdekker

2007 Jonckheere Transit

2007 Parade1902

2007 TCT-NEW-Jonckheere-Kortrijk-VP

2008 Ambassador 200

2008 Citea

2008 Jamaica-Volvo VDL Jonckheere Articulated Bus

2008 Jonckheere Transit 2000 België

2009 Ambassador

2009 APTS Phileas 1203

2009 Lexio Bus in Mannheim

2009 Mistral 30

2009 Premier

2010 Ambassador

2010 Citea

2010 Jonckheere Transit 2000 bus in Belgium. De Lijn operator

2010 Mistral 50

2011 Ambassador van Connexxion die op proef in Arnhem op waterstof rijdt en een wielnaafaandrijving heeft

2011 Citea CLF 120 Hybrid

2011 Jonckheere SH UK

2011 Jonckheere SHV

2011 Mistral 50 Jamaica

2012 Citea XLE

2012 Futura

2012 Jonckheere SHV

2013 Synergy

2014 Citea SLFA

THE END

 

 

Buses Body – Coach Builders DUPLE Hornsey London UK

Bus Body – Coach Builder DUPLE Hornsey London UK

Duple Coachbuilders

Duple Dominant IV

Duple was best known as a British manufacturer of coach and bus bodywork from 1919 until 1989.

Duple Bodies & Motors Ltd was formed in 1919 by Herbert White in Hornsey, London. Before World War I, he had briefly built cars under the Bifort name in Fareham, Hampshire.

History

Early days

The name ‘Duple’ is intended to convey the principle of a single vehicle being suitable for a dual role, an idea Mr. White developed. The first vehicle of this type was called the Bifort. Subsequently, former military Ford Model Ts were fitted with the newly designed dual-purpose bodywork. The bodies looked like a small touring car, but could be transformed into a van by removing the decking at the rear of the car and fitting a van top. This type of vehicle had enormous appeal to the owners of small businesses, who were able to obtain a working vehicle and private car for little extra, and soon bodywork of this type was being produced in substantial numbers. The ‘convertible’ body as it was known internally was built on Morris Cowley and Oxford chassis as well as the Ford T; as well as the standard van top there was a pick-up and even a version with raising sides and slide-out display shelves for use in markets, production ceasing around the end of the 1920s although Duple continued to repair and service examples for many years afterward.

In 1926 a new factory was opened in Hendon to meet growing demand.

Coachwork had been built on occasions since the inception of the Company, including a six-wheeled Lancia–Barton Charabanc. but in 1928 it was decided to make an effort to increase output of this body type substantially. As a result the order book began to grow and within ten years the number of people employed had risen to around 800.

In 1928, Walter Ernest Brown, a former partner in the Strachan & Brown bodybuilding business, joined the firm, and he had a major influence on the Company’s future expansion.

Major clients of this period included Great Western Railway, who ordered a number of bodies for its expanding bus fleet, and Elliott Brothers’ Royal Blue fleet.

1930s

By 1930, the total number of coach and bus bodies produced was 250, establishing Duple as an emerging bodybuilder of some stature, whose distinctive design features were able to influence national trends.

The depression of the 1930s coupled with the introduction of the 1930 Road Traffic Act brought about changes in the bodybuilding sector, which led to a stabilising of the transport industry, established operators feeling secure now that the threat of unregulated competition had been removed by the licensing system. Accordingly, there was a trend towards vehicles with higher standards of finish and more comfortable interiors.

In 1930, Duple received the largest single order to date, for 50 bodies to be fitted to the AEC Regal chassis of Green Line Coaches, the newly established express service arm of the London General Omnibus Company.

In August 1931, two Bedford passenger chassis (the 14-seat WHB and 20-seat WLB) were announced. Duple had built early bodies on the WLB chassis for the Vauxhall Motors (the parent company of Bedford), and was listed in publicity material as one of the four bodybuilders recommended for the WLB chassis. As demand for the type rose, Duple’s ability to produce in quantity set them apart from their competitors, and soon Duple-bodied Bedford WLBs were in service around the country. The association with Bedford was to last over 50 years.

In 1932, Duple acquired the business of London Lorries who, despite the name, were heavily involved in the manufacture of coach bodies.

By the middle of the 1930s, Duple was widely regarded as a coachbuilder, although bus bodies were still produced in quite large numbers. An order was received from Vauxhall Motors for special sports tourer bodies on Vauxhall 14 hp light six chassis and a stand was taken at the 1933 London Motor Show to display them. They were advertised by Vauxhall up to 1935 and may have been Duple’s last car bodies made in quantity, although they also bodied Canadian-assembled Buick 8-50 cars for General Motors in the UK. Also built in the 1930s was a special coupé on an Alvis speed 20 model for Mr Lloyd Thompson of the Holdsworth Moquette company, a major supplier to Duple and many other coachbuilders.

Export business had been developed early, based mainly on the travels of the Duple directors, including W. E. Brown, who had already been to the United States and Canada and now embarked on a Mediterranean tour, taking in Greece, Syria and Egypt. Export orders were also received in quantity from East Africa and Argentina, and closer to home in Europe. This in part helped to compensate for the reduced demand for UK bodywork, which tended to be seasonal.

By 1934, the original site had become inadequate and 3½ acres of adjoining land were purchased for expansion. Although car body production was coming to an end, major contracts for the GPO were obtained during the 1930s, for telephone repair vans in the main, on either Morris Minor or larger Morris Commercial Chassis, although two specials were BLB444 of 1934 the blue streamlined van designed to publicise the air mail service, which was modelled as a Dinky Toy. and GPO1 which was a Morris Commeciral Leader tractive unit coupled to a Brockhouse semi-trailer upon which Duple built a travelling post office for use at agricultural shows, race meetings and other major public events.

The late 1930s saw the era of the classic coach design, with operators becoming increasingly conscious of the appearance of their coaches. Many coach bodies were of individual design, but readily identifiable as Duple. The introduction of sloping pillars, curving roof- and waist-lines along with shaped mouldings on the side panels all contributed to a new ‘aerodynamic’ style that was increasing in popularity. Although coachwork continued to be Duple’s main product, single-deck bus bodies formed a good part of the production from the mid-1930s, with one customer, Barton Transport, placing a bulk order for such bodies to be delivered over an extended period.

In 1936, Duple introduced the Vista design of bodywork, primarily for the Bedford WTB chassis. It had curved roof- and waist-lines, and featured a sliding roof as standard. In 1937 a revised design of the Vista, the Vista II, was introduced together with a new design – the Hendonian. Both of these remained in production until the end of the decade.

In 1939, Bedford introduced a new range of goods models, which included the ‘O’, with characteristic ‘bullnose’ grille. The passenger version was named the ‘OB’ and Duple modified the Hendonian body to fit the chassis, which at 14 ft 6 in, was longer than the WTB. With the advent of World War II, Bedford production was turned over to the war effort, with only 73 OB chassis produced, and it was not until after cessation of hostilities that the Bedford OB with Duple Vista bodywork was to become a familiar sight on British roads.

Wartime

During the Second World War as a member of the London Aircraft Production Group, Duple built fuselages for the Halifax bomber, along with a variety of military products. Duple also built double-deck highbridge and lowbridge buses to utility specifications, and the only new single-deck vehicle to be produced from 1942 to 1945, the Bedford OWB.

Postwar expansion

In 1946 the name of the business was changed to Duple Motor Bodies Limited.

The first postwar production model to appear was the Duple Vista body on the Bedford OB chassis. The standard seating capacity soon became 29, although models with different capacities were still available. The Vista coachwork remained Duple’s standard OB body until production of the OB chassis ceased in the early 1950s.

Deliveries of Duple bodywork on full-sized chassis (such as the AEC Regal) began in May 1946, and were known as the A-type, although its curved lines had their origin in the prewar period, so it was not strictly a new design. Before long the order book was filled for several years ahead. Postwar rebodying became common practice as new chassis were initially hard to obtain and Duple built many A-type bodies on different chassis that helped to make it, with its distinctive side ‘flash’, a familiar sight in postwar Britain. Alternative styles were available, all with alphabetic codes, such as the B-type and C-types, which differed in detail only and were regarded as ‘dual-purpose’ bodies, whilst the D-type was Duple’s own design of bus body.

After the war, there was a move towards metal-framed bodies, partly because of their greater durability and partly because of a shortage of timber for traditional bodywork. Duple designed a metal-framed body (the Almet) for export models on the OB chassis, as well as producing a body design for the new SB chassis, then under development. By 1948, Duple had developed a metal-framed double-deck body, examples of which were delivered to the Red & White group and SMT.

1950s

In 1950, a range of full-fronted coach bodies named the ‘Ambassador’ was produced, but with the maximum permitted length for coaches increased to 30 ft and the maximum width to 8 ft, a series of new designs was prepared. Many were given names, such as the Roadmaster and Vega, all intended for use on specific chassis. The Roadmaster particularly was unlike anything Duple had previously produced, with its high, straight waistline and small windows. It earned the nickname ‘Iron Duke’ and was intended for underfloor engined chassis, hence the higher waistline. The Vega was intended for the new production model of the Bedford SB, and the bodywork featured a gently curving waistline typical of Duple.

The 1950s brought a difficult time for the bodybuilding industry: the end of the increased postwar demand led to a rapid decline in orders, and competition for the remaining ones became intense. Many of Duple’s former customers were by then in the Tilling Group, which standardised on Bristol chassis and ECW bodywork. Disputes among union labour resulted in a 36-week strike that was catastrophic for Duple. It began to lose significant amounts of business to other companies and a move out of London was considered.

In 1952, Duple acquired Nudd Brothers & Lockyer Limited, based in Kegworth. The newly acquired firm was used to produce metal-framed bodies in the Duple standard range.

Further premises were acquired in Loughborough in 1955, and in 1956 the Kegworth and Loughborough factories were renamed Duple Motor Bodies (Midland) Limited. In 1958, the business of Willowbrook Limited, of Loughborough was acquired, although the business continued to operate under its own name for some time.

Throughout that period, Duple continued to produce new body designs: the Elizabethan, for underfloor-engined chassis, was introduced in 1953; the Britannia, based on the Elizabethan but with vertical pillars, was introduced in 1955, and the Loughborough-built Donington, for dual-purpose use, was added to the list in 1956. The designs for Bedford chassis had continued to be produced, now known as Super Vista (modified C series goods chassis) and Super Vega (SB).

‘Sixties Moves

A 1970 example of the Duple Viceroy body on a Bedford VAL70 chassis

The business of H. V. Burlingham Limited, of Blackpool, best known for the ‘Seagull’ body of the 1950s, was taken over in August 1960, adding a northern arm to Duple’s production. The Burlingham name was retained until 1962, when it was changed to Duple Motor Bodies (Northern) Limited.

Towards the end of 1961 Bedford introduced the VAS chassis and Duple produced a completely new design – the Bella Vista – for it. That year the maximum permitted length for coaches was increased to 36 ft and the maximum width to 8 ft 2½ ins, and Duple (Northern) designed and produced the Continental, with seats for up to 51 passengers. When Bedford announced the six-wheeled VAL in 1962, Duple introduced the Vega Major. For 1964, Duple introduced the Commander, initially built at Hendon but switched to Blackpool later, and in 1966 the Viceroy range replaced the Bella series on most Bedford or Ford chassis.

From 1968 Duple coach production was concentrated at Blackpool, and the company was renamed Duple Coachbuilders Limited. The Hendon factory finally closed in 1970. The Willowbrook subsidiary continued in business under its own name until it was sold in 1971.

Dominant 1970s

At the 1972 Commercial Motor Show, Duple introduced a new range of bodies called the Dominant, which were similar in appearance to the PlaxtonPanorama Elite, already in production since 1968. The Plaxton Supreme range was introduced in 1974, and in response Duple introduced the Dominant II in 1976 with a restyled front and rear end byMichelotti of Turin. The style was cleaner than earlier models with rectangular headlamps in an integrated grille panel and a much deeper windscreen and driver’s window. The Dominant and Supreme body styles were the ubiquitous British coach of the period, with very little competition other than small numbers from Willowbrook. The thought of importing coach bodies from abroad was only just being considered towards the end of the decade.

1980–1989

ACK710Y, a Volvo B10M with Duple Caribbean C39Ft bodywork

The Transport Act 1980 saw the introduction of deregulation of coach services over 30 miles in length. A growing trend towards heavier-duty chassis that had been found more reliable for the high mileage and fast speeds of the motorway, caused the market for light coach chassis from Bedford and Ford to collapse in 1981. Duple’s output fell from 1000 bodies in 1976, to 800 in 1980 and to just over 500 in 1981, which resulted in a reduction in the workforce.

In 1980, the Dominant range was extended with the Dominant III and IV, with similar front ends to the Dominant II, but with reduced brightwork and bumpers. The Dominant III had high-set forward-angled trapezoid windows with thick pillars. Features of all four versions could be mixed and matched. In 1981, the Goldliner was introduced. This was similar to the Dominant, but with a higher floor to allow increased luggage accommodation and improved passenger sightseeing. The initial Goldliner styling featured a stepped roof behind the entrance door and was available in Goldliner II, III and IV designations, similar to the those of the Dominant. In 1982, the Super Goldliner was introduced for a fleet of twelve rear-engined Dennis Falcon Vcoaches developed in conjunction with Dennis and the National Bus Company for high-speed Rapide service. The project was conceived and developed in a very short time, allowing inadequate development, and the resultant vehicles developed a reputation for poor reliability. The Super Goldliner styling, including a continuous flat roof in place of the stepped roof, was mixed and matched on subsequent Goldliner vehicles.

Imports of foreign makes, such as Neoplan, Bova, Van Hool and Jonckheere, began to make inroads into the UK market. To compete with them, two new body designs, the Laser and the Caribbean, were introduced in 1982. The Laser was a normal-floor body that resembled the Dominant, but with a rounder front and body-coloured front grille. The Caribbean was a high-floor design with a very square appearance. The Calypso was added in 1983 and was a low-floor version of the Caribbean on a Bova underframe. These new designs did little to halt the slide in production and in 1983, Duple output was just 340 bodies.

A Duple Dartline with New World First Bus

Duple Dartline on Dennis Dart chassis

In June 1983, Duple was sold to the Hestair Group, which had already acquired the long established business of Dennis Brothers of Guildford. Duple was renamed Hestair Duple and the Laser and Caribbean were given a facelift to try to improve their popularity. In 1985, a new coach model, known as the 300-series, was introduced. A bus version of the 300 was introduced in 1987, replacing the successful Dominant bus that had continued in production after the coach version had been replaced. A new integral coach of exciting design, with Dennis running units, was added soon after. Known as the Duple 425 (its coefficient of drag), it was greeted with enthusiasm, but the close tie-in with Dennis as chassis maker made dealers of other chassis manufacturers reluctant to use Duple coachwork. The business continued to struggle, but the deregulation of bus services, in 1986, caused uncertainty amongst bus operators and, as a result, little investment in new vehicles was made. By 1988, Duple’s output was just 250 bodies. However, at the October 1988 Motor Show, Dennis introduced the Dennis Dart, a midibus chassis that would go on to be one of Britain’s most successful buses. Duple displayed a bus body for the chassis that was based on the 300-series, but with a distinctive front design, featuring a stepped windscreen and curved lower panel.

In November 1988, Hestair announced that they were selling the Dennis and Duple businesses to a management buyout team, operating under the name Trinity Holdings. The company was renamed Duple International. With declining coach sales, attempts were made to increase the sale of the bus bodywork, including plans for a design for the Scania N113. However, in July 1989, the decision was made to close down the Duple operation. The jigs for the Duple 300-series and the Duple 425 integral were sold to domestic rival Plaxton. Plaxton also bought Duple Services Ltd., the spares and repair business. The Duple body designs for the Dartline were sold to the Carlyle Group. Thus ended 70 years of Duple Motor Bodies Limited.

Plaxton continued the 425 for a while, as seen by this Plaxton 425

Company names in different times

• Duple Bodies & Motors Ltd 1919-1946
• Duple Motor Bodies Limited 1946-1968
  • Duple Motor Bodies (Midland) Limited
  • Duple Motor Bodies (Northern) Limited
• Duple Coachbuilders Limited 1968-1983
• Hestair Duple 1983-1989
• Trinity Holdings 1989

Products

A Duple 425, dating from 1988

(All were coach bodies unless specified)

• Vista, Vista II, Vista III, Super Vista
• Hendonian
• A-type
• B-type (dual-purpose)
• C-type (dual-purpose)
• D-Type (bus)
• Ambassador
• Roadmaster
• Vega, Super Vega
• Elizabethan
• Britannia
• Donington (dual-purpose)
• Trooper
• Vega
• Bella Vista
• Bella Vega
• Vega Major
• Commander I, II, III & IV
• Viscount 36
• Viceroy 36
• Viceroy 37
• Dominant, Dominant II, Dominant III, Dominant IV (the first 2 were also built as bus bodies)
• Dominant Bus (bus, although some had coach seating)
• Goldliner, Super Goldliner
• Caribbean
• Laser
• Calypso
• 320
• 340
• 425 – with running units from Dennis
• 300 (bus)
• Dartline (bus) – for Dennis Dart

The 300, 320 and 340 were named after their heights in centimetres, whereas the 425 was named after its drag coefficient, emphasising its aerodynamic design.

1930 Duple T UK

1933 Leyland Cub ABH358 with a Duple body

1934 LEYLAND TIGER PS1-DUPLE – FALCON COACHES

1936 Duple FV 5737 a 1936 ex Ribble Motor Services Leyland TS7 rebodied by Duple in 1950

1944 Duple DD UK

1947 AEC Regal III 0962094 new in December 1947 with Duple C35F body

1947 Duple Coachworks advert

1948 AEC Regal with Duple body

1948 Duple KHA 301 BMMO C1 with Duple C30C coachwork

1948 Duple UK

1948 Midland Red Duple bodied B.M.M.O. C1 coach. Fleet No. 3301, KHA 301

1949 AEC Regal III (ECX741, number 282, which had a Duple B35F body when new in 1949) and was fitted with a Roe FB39F body

1949 Bedford Duple Bella Vista 6cyl 3500cc

1950 AEC Regal III built in 1950 with full fronted Duple coachwork

1950 Duple Vista Cambridgeshire UK

1951 Duple UK

1954 AEC Reliance new in December with Duple Elizabethan C41F body

1955 AEC MU3RV Duple C41F

1955 Leyland ECPO2-1R Comet with Duple C36F body

1957 AEC MU3RV Reliance with Duple Elizabethan C41C body

1958 Duple Britannia UK

1959 AEC Reliance 2MU3RV with Duple Britannia C41F coachwork

1960 AEC Reliance 2MU3RA with Duple Britannia C40F bodywork.

1960 AEC Reliance AEC Reliance fitted with a Duple Britannia body

1960 AEC Reliance with a Duple Britannia C41F body, new to Global, London

1961 AEC Reliance 2MU3RA with Duple Donnington bodywork

1963 Leyland Leopard PSU3 Duple Alpine Continental C49F seats Jun 1963 – 1974

1965 Ford R226, with Duple C52F body

1965 Ford Thames 570E with Duple Northern bodywork

1966 Duple Bella Venture UK

 Bedford Duple Val Vega

1967 Duple Dominant II Leyland Turbo Malta

1967 Ford R192 with Duple Empress C45F bodywork

1972 DAF Duple Dominant Valletta Malta

1963 Bedford VAL  Duple Vega Major 90 DBD C foto 1984 © A.G.Mackintosh

1973 Duple Dominant Leyland Malta

1974 Duple Dominant UK

1974 Duple Dominant Valletta Malta

1975 Duple Dominant DAF 620  Malta

1976 Duple Dominant Leyland Daf 620 Malta

1966 Bedford Duple Vega Camper

1976 Duple Dominant Malta

1976 Ford Cummins 211 Turbo Duple Dominant UK

1977 Duple Dominant II Bedford UK

1977 Duple Dominant II UK

1977 DAF Duple Dominant Malta

1965 Bedford Duple Val Vega

1978 Duple Dominant DAF 620 Leyland Malta

1978 Duple Dominant II Bedford Malta

1978 Duple Dominant II UK

1979 Duple Dominant II UK

1980 Duple Dominant II UK

1966 Duple Val Vega

1981 Duple Dominant UK

1983 Duple Dominant II UK

1983 Ford Cummins 211 Turbo Duple Dominant Ford Malta

1984 Duple Caribbean Leyland UK

1984 Leyland Duple Laser UK

1988 Duple 340SL UK

1990 Duple Dartline  Schotland

1997 Duple Metsec Scania Estland

2000 Duple Metsec Hong kong

Duple 550

Duple AVT

DUPLE BMMO 10 ‘Midland’ tek

Duple Britannia C41F UK © Dave Fawcett  www.travellerhomes.co.uk

Duple Coachworks advert – 1947

DUPLE Commotion

DUPLE Commotion-2

Duple Coronation Ambassador-Lancet UF

Duple Creamline SH 800

Duple Dominant Leyland Leopard

DUPLE Firefly

Duple Ford PJC

DUPLE GF-7524 lr

Duple Metsec (l) +Dennis Condor

Duple Metsec Scania

Duple Metsec Vega Major

Duple Metsec Volvo Singapore

Duple Myall’s

Duple Primrose

DUPLE tekening

Duple the Bog

DUPLE Vega Major tek

Duple

Ford Thames with Duple Marauder C52F bodywork.

Leyland Duple Wilkinson

Leyland Leopard La Grand Duple Dominant

Leyland Leopard Duple Links en Duple Leyland Safequard R

Leyland Tiger Duple Dominant

Volvo JBK11X Coliseum Volvo B10M with Duple C57F body

1963 Ascot 1963 Duple Vega Major Bedford VAL14

1964 bedford val14 duple vega major 1

 1952 bussenbedfordduplevegaad

Coliseum, Southampton 521GOU 1963 Bedford VAL14 Duple Vega Major C49F on Hampton Court Green

1965 Bedford VAL14 with Duple Vega Major C52F body

The End

Filed Under: AEC, ALVIS, BEDFORD, BMMO, Bodybuilder, BOVA, Bristol, Brown, Buick,BUSES, Charabanc, Cummins, DAF, DENNIS, DUPLE, ECW, Ford, Jonckheere, Lancia-Barton, Leyland, Morris, NEOPLAN, OLD BUSES, Plaxton, Ribble, ROE, SCANIA, Strachan,UK, Van Hool, VAUXHALL, Willowbrook

Buses Bodybuilder Carette DESOT Gits Belgium

Carrosserie Carette DESOT Gits Belgium

http://www.transportmuseum.be/desot.htm

Deze site van het Belgisch Transportmuseum is al heel lang under construction. Veel wijzer worden we daar dus niet.

1949 Scania Vabis van Carrosserie Remi Desot

Dit plaatje geeft wel een mooi beeld van de kleinschaligheid van dit bedrijf waar veel mooie en vol chrome afgewerkte bussen vandaan kwamen. Veel waren ook van het merk AUTO MIESSE, ook in een vorig hoofdstuk heb ik daar aandacht voor gehad.

Benelux

Op de Nederlandse markt was zo’n vijftig jaar geleden nog meer dan een dozijn bussenbouwers actief. Van Rooijen, Roset, Medema, Smit Appingedam, Smit Joure, Groenewold, Hoogeveen, Domburg,Werkspoor, Verheul, König, Den Oudsten en ZABO waren allemaal actief naast de nu nog bestaande Hainje (nu VDL Bus Heerenveen), Bova en Kusters, die inmiddels onderdeel zijn van de VDL Groep. Naast DAF bouwde ook Kromhout toen nog chassis‘ en motoren voor autobussen. Een busbedrijf als ESA in Marum bouwde zelfs enkele eigen carrosserieën. Overigens kwam er in 1970, toen een groot aantal van deze fabrieken al verdwenen was, toch nog een nieuwe busbouwer, Berkhof (het huidige VDL Bus Modules), bij.

Aangevuld werden ze met inmiddels verdwenen Belgische merken als Stoelen, Desot, Eagle, Brossel, Auto-Miesse en LAG. Van die diffuse wereld is weinig meer over dan twee grote concerns: Het Belgische Van Hool, met de merken Van Hool en EOS, en het Belgisch-Nederlandse VDL Bus & Coach van de VDL Groep. Qua omvang is van die twee de VDL Groep de grootste, met ruim anderhalf keer de jaarproductie van Van Hool.

Hetzelfde zien we terug in het buitenland. Groot-Brittannië bijvoorbeeld, ooit hofleverancier van de dochterondernemingen van de Nederlandse Spoorwegen, met merken als Leyland, AEC, Crossley en Guy Motors, heeft nog maar één chassisfabriek over: Dennis. Daar worden een paar honderd chassis per jaar geassembleerd. Verder zijn er slechts nog een half dozijn carrosseriefabrieken, als overblijfsel van een rijke industriële traditie.

1972 Miesse Carr. Remi Desot Gits België ©Edward J Busst

Auto Miesse 1960 Desot 1982 Van Hool België © Fernand van de Plas

1962 Auto Miesse Desot 

1962 Auto-Miesse carrosserie Desot (later Jonckheere)

Propably a by Remi Desot built bus

Mercedes met aanhanger gebouwd door carr. Remi Desot voor woestijnreis.

Mobilotel 01 blog Mercedes Remi Desot Garrette 1965 He got the patent for this sort of Hotelbus.

1965 Mobilotel Remi Desot Garette 02 blog

TO MIDDLE EAST BY MOBILOTEL

22nd January 1965, Page 30

Zoom page

22nd January 1965

Page 30

Noticed an error?
If you’ve noticed an error in this article please click here  to report it so we can fix it.

Keywords : Kitchen, Trailer, Passenger Car, Recreational Vehicles, Hospitality / Recreation

‘WHILST coach tours to some of the exotic places in the Middle East are becoming increasingly popular, one of the problems of such extended tours is hotel accommodation, particularly in remote yet very often exciting and interesting places. What better solution can there be than to take your own hotel with you!

This solution has been chosen by Sir Henry Lunn Ltd. for a series of new tours they are offering this year to the Holy Land, Asia Minor and India and Pakistan. Named the Mobilotel, the new unit is to be operated by the West Belgium Coach Co., Ostend, for whom Sir Henry Lunn act as general agents. It consists of a 36-seat Mercedes coach, with the latest direct-injection diesel engine, which tows an ingenious trailer fitted with sleeping accommodation.

The trailer was built by Carrosserie Remi Desot Carette, who also built the bodywork of the coach, and is an extensible unit, folding up to a width of 3.49 metres (8 ft. 21 in.) for daily transit. Bunks are arranged in tiers of three, with nine single beds along each side of the trailer in its extended position, and double beds in the centre. Each bed is equipped with a first-class mattress, sheets and blankets, with space to hang clothes and a shelf for small everyday articles. Draw curtains ensure complete privacy for each passenger.

At the rear of the trailer or Mobilotel is a fully-equipped kitchen with refrigerator and full cooking range on which simple meals can be prepared. It is proposed to provide a Continental breakfast and a light supper, other meals being taken in hotels, and four large electric rings are provided on the range. Power for this, the lighting, air conditioning (an essential feature for the typeof climate encountered), refrigerator, and so on, is provided by a portable generator carried beneath the kitchen and erected some distance from the Mobilotel each evening. At the front of the trailer are two wash, basins supplied, together with the sink unit in the kitchen, from a tank above the trailer.

Each evening the Mobilotel will halt at a pre-selected site where adequate toilet and other facilities are available. The Mobilotel is not claimed to be luxurious but is comfortable and practical, offers opportunities for overnight stays at places previously inaccessible or without accommodation and allows “off-beat” tourism throughout the Middle East and into India at prices hitherto impracticable. F.K.M.

I found on december 30, 2013 another foto, this time an Alfa Romeo with a carrosserie DESOT:

Hier een Alfa Romeo (type Mille Gai) met opbouw door Desot aan het Gentse St-Pietersstation. © P Shearman

FIN.

I couldn’t find anymore about DESOT or Carrosserie-Carrette Remi Desot.

Filed Under: AEC, AUTO MIESSE, BELGIUM, BERKHOF, BOVA, Brossel, BUSES,Carrosserie, CROSSLEY, DAF, DEN OUDSTEN, DENNIS, DESOT, GUY, Hainje, Jonckheere, KÖNIG, Kromhout, Kusters & Lemmens, Leyland, Medema, MOBILOTEL, SCANIA VABIS, Smit, Van Hool, VDL, VERHEUL, WERKSPOOR

Buses bodybuilders DEN OUDSTEN BUSSEN BV Woerden The Netherlands

Carrosserie DEN OUDSTEN BUSSEN BV & Domburg The Netherlands

 

Den Oudsten

Den Oudsten Bussen BV (tot 1945: Den Oudsten & Domburg)
Oprichting	1926
Opheffing	2001
Oorzaak einde	“gebrek aan orders”
Oprichter(s)	Marinus den Oudsten en Floris Domburg
Land	Nederland
Hoofdkantoor	Utrechtsestraatweg, Woerden
Producten	Autobussen, touringcars
Portaal Economie

 

Door Den Oudsten gebouwde Leyland-stadsbus van Amersfoort

Den Oudsten Bussen BV was een Nederlandse autobusfabriek aan de Utrechtsestraatweg te Woerden, die in 1926 werd opgericht door Marinus den Oudsten en Floris Domburg, en in 2001 werd gesloten.

Inhoud

• 1 Geschiedenis
  • 1.1 Eerste jaren
  • 1.2 Na de oorlog
  • 1.3 Expansie
  • 1.4 Laatste jaren
• 2 Typen
• 3 Museumbussen
• 4 Portretten van Den Oudsten-producten

Geschiedenis

Eerste jaren

Tot in de Tweede Wereldoorlog heette deze carrosseriefabriek Den Oudsten & Domburg. In de jaren dertig bouwde deze fabriek vele bussen voor Nederlandse bedrijven, waaronder grote aantallen Opel– en Bedford-bussen voor de toenmalige GEBRU ter vervanging van de stadstram in Utrecht. Na de bevrijding begon medefirmant Domburg voor zichzelf. In 1947 startte hij in het nabijgelegen Montfoort het bedrijf Carrosseriebouw Domburg, dat tot in de jaren zeventig eveneens veel bussen heeft gebouwd, vooral touringcars.

Na de oorlog

Den Oudsten leverde in de jaren vijftig en zestig vele streekbuscarrosserieën op chassis van onder meer Leyland, DAF, Scania Vabis, Guy en Volvo aan grote klanten als de GTW, de TP-participanten en de dochterondernemingen van de NS. Voor die laatste bouwde men ook 80 enigszins gemodificeerde exemplaren van het zelfdragende “bolramer”-type (Leyland-Den Oudsten LO). Daarnaast heeft Den Oudsten ook veel touringcars geleverd.

De in kleine aantallen gebouwde zelfdragende Woerden 12S–stadsbus voor Leiden en Eindhoven was in het begin van de jaren zestig Den Oudstens eerste echte “eigen” bustype. Dit was de voorloper van een bijzonder busmodel dat al gauw de bijnaam Duikboot kreeg, ontleend aan een film over Jules Vernes Kapitein Nemo. Diens onderzeeër Nautilus had aan de voorkant een grote glazen zichtkoepel waardoor de stuurman onder de boot kon kijken. Zo’n opvallende, naar voren stekende voorruit had dit Den Oudsten-model ook. Er zijn “duikboten” geleverd op Leyland-chassis aan vooral GTW, GEVU en GVG, maar ook als zelfdragende Leyland-Den Oudsten LO-bus aan GADO, GDS en RTM.

In 1968 bouwde Den Oudsten totaal 40 standaard stadsbussen in opdracht van de Commissie Standaardisering Autobusmaterieel, die het Den Oudsten-product wilde vergelijken met dat van Hainje. Van deze serie gingen er 10 stuks naar elk van de bedrijven HTM, RET, GEVU en GVB.

Expansie

Na het verdwijnen van de busdivisie van Werkspoor in 1962 en van Verheul in 1970 bleef Den Oudsten over als de voornaamste leverancier van bussen voor het Nederlandse streekvervoer. Den Oudsten was in de jaren zeventig en tachtig, en deels ook nog in de jaren negentig, voornamelijk bekend als de bouwer van verreweg de meeste – 4706 – exemplaren van de standaard streekbus (voornamelijk op DAF MB200-chassis en als zelfdragende Leyland-Den Oudsten LOB) en later de Den Oudsten B88. Tientallen jaren bestond het wagenpark van vrijwel elk Nederlands streekvervoerbedrijf in meerderheid uit Den Oudsten-bussen. Ook enkele pachters van de Vlaamse Vervoermaatschappij “De Lijn” en de Waalse TEC hebben een paar Den Oudsten-bussen in hun wagenpark gehad. In Arnhem doen nog steeds 2 Den Oudsten Volvo B10M trolleybussen uit 1990 dienst.

In 1980 werd de busbouwer Van Rooijen in Montfoort overgenomen, die vooralsnog onder eigen naam bleef produceren. In 1986 kocht een van de toenmalige directeuren van het familiebedrijf, Jan den Oudsten, de Canadese busbouwer Flyer Industries en hernoemde die in New Flyer Industries. Dit bedrijf, dat nog steeds succesvol opereert op de Amerikaanse en Canadese markt, stond formeel los van Den Oudsten Bussen BV, maar deelde daarmee wel het bedrijfslogo. In 1997-98 heeft de Woerdense fabriek de assemblage verricht van ongeveer 100 bussen van New Flyer, bestemd voor de Amerikaanse markt. Met een ander Canadees bedrijf, Nova Bus, werkte Den Oudsten samen bij de ontwikkeling van lagevloerbussen.

Laatste jaren

In 1990 werd familiebedrijf Den Oudsten verkocht aan United Bus, waarvan ook DAF Bus en BOVA deel uitmaakten. United Bus was geen succes en in 1993 werd Den Oudsten meegesleept in het faillissement van het moederbedrijf. Den Oudsten kon een doorstart maken, doordat Jan den Oudsten de boedel had teruggekocht. De bussen werden toen ook geleverd naar Duitsland, België, Griekenland, Palestina en Zweden. Nergens kreeg Den Oudsten vaste voet en het bleef bij die enkele levering.

In de jaren negentig kwam Den Oudsten met de succesvolle Alliance-serie, waaronder de B96 Alliance City. De Alliance-bussen konden vanaf 1990 geleverd worden als zelfdragende bus met een motor van DAF, Volvo of MAN. Er waren naast de zelfdragende Alliance ook versies leverbaar op chassis van b.v. DAF/VDL, Volvo of Iveco, meestal met heckmotor, maar naar keuze ook met underfloor motor.

Rond de eeuwwisseling werd in samenwerking met Fokker Space en Duvedec gewerkt aan de ontwikkeling van de innovatieve busconcepten X97, X98 en Avance, maar tot serieproductie is het niet meer gekomen. Doordat de vervoerbedrijven steeds meer bussen bij buitenlandse busbouwers gingen inkopen, kwam het bedrijf rond de eeuwwisseling opnieuw in financieel zwaar weer terecht. Den Oudsten had wel enig succes met export van bussen, maar dat woog niet op tegen de inzakkende thuismarkt. In 2001 werd Den Oudsten failliet verklaard.

Techno Service Nederland (TSN), een dochteronderneming van Connexxion, heeft onder andere de onderdelenvoorraad en technische kennis overgenomen om de nog rijdende Den Oudsten-bussen op de weg te kunnen houden. Eind 2012 zijn de laatste Den Oudsten Alliance-bussen op de stadsdienst in Den Haag verdwenen en alleen bij de stadsdienst in Rotterdam deden tot begin 2013 nog Alliance-bussen dienst waarvan er een aantal nog als mottenballenvloot achter de hand worden gehouden.

Diverse Nederlandse streekbussen werden na een arbeidzaam leven geëxporteerd naar het buitenland. In 2008 reden er bijvoorbeeld nog veel Den Oudsten-bussen in Cuba en in Georgië.

Typen

• Den Oudsten B79
• Den Oudsten B85/B86
• Den Oudsten B88
• Den Oudsten Alliance (B89, B90, B91, B93, B95, B96)
• Den Oudsten X97
• Den Oudsten X98
• Den Oudsten Avance (B99)

Museumbussen

Verschillende Den Oudsten-bussen zijn bij museumbusstichtingen terechtgekomen. Zo bezit de Stichting Veteraan Autobussen meerdere Den Oudsten-bussen, waaronder het laatste gebouwde exemplaar op het DAF MB200-chassis, VAD 3931 en een van de laatste gelede bussen op het DAF MBG205-chassis, BBA 881.

Portretten van Den Oudsten-producten

DAF TB102/Den Oudsten-streekbus 1962, Zuidooster.

Leyland-Den Oudsten bolramer-streekbus 1967, Citosa-kleuren.

Leyland-Den Oudsten bus, model “duikboot” 1967, GDS.

Leyland-Den Oudsten semi-touringcar, Zuidooster

DAF MB200/Den Oudsten standaardstreekbus, GADO

DAF MB200/Den Oudsten standaardstreekbus, BBA

Leyland/Den Oudsten bus van NMVB-pachter STACA.

Den Oudsten B79T van het Arnhems trolleybusnet

Den Oudsten B86 van Noordned

Den Oudsten B88, Arriva

Den Oudsten B93 van Göteborgs Spårvägar.

Den Oudsten B95 Alliance Intercity (Connexxion-variant).

Den Oudsten B96 Alliance City, stadsdienst Zwolle.

Den Oudsten B96 Alliance City, Haagse bus.

1932 Ford – Den Oudsten, Woerden – Domburg A’dam

 Neoplan Den Oudsten

1935 Ford V8 Den Oudsten en Domburg 1935 B-21037

1936 DEN OUDSTEN

1937 T.E.T. bus 10 kent. E-18741 Kromhout TB4L carr. Den Oudsten en Domburg bouwjaar 1937. Fabrieksfoto nieuw

1938 Oldsmobile Den Oudsten

Chevrolet 6702 Den Oudsten serie 1,2,3,4,5,6,7,8

1938 Opel Den Oudsten en Domburg (47 aanv.op proef) 047

1938 Opel Den Oudsten en Domburg (47 aanv.op proef)

1938 Opel Den Oudsten en Domburg (47 aanv.op proef)

 

1948 Kromhout nr. 20 (1) met carrosserie van Domburg en Den Oudsten.

1951 Volvo carrosserie Den Oudsten, NB-95-37 Volvo carrosserie Hoogeveen 1952 NB-95-53

1952 DAF carr. Den Oudsten NB-18-98

1952 Leyland Den Oudsten NB-95-54

1952 Leyland RT LOPSU 1-1 carrosserie Den Oudsten  NB-95-56

1952 Scania Vabis Den Oudsten Tet 018

1953 Leyland Tiger carr. Den Oudsten NB-75-22

1953 Volvo Den Oudsten bus 38

1953 Volvo Den Oudsten Diesel  bus 30

1954 Leyland Den Oudsten

1954 Scania-Vabis 47 met carrosserie van Den Oudsten Bouwjaar 1954. verkocht aan de Gemeente Enschede. Opname 26 juni 19..

1955 Scania Vabis Den Oudsten Woerden

1955 Scania Vabis met Den Oudsten carrosserie. ZWH, nr.15.

1955 Volvo Den Oudsten Neusbus Tensen lijnbus 22 Soest

1956 AEC – Den Oudsten en zn, Woerden

1956 Daf Den Oudstenbus VSL056

1956 Scania-Vabus nr. 57 met carrosserie van Den Oudsten. Opname 1956 als tourwagen onderweg

1960 DAF TB160 DAF DD520 carr Den Oudsten LADO 31

1961 AEC carr. Den Oudsten

1961 AEC carr. Den Oudsten

1961 DAF TB160 DAF DD520 carr Den Oudsten nr 11

1961 DAF TB160 DAF DD520 carr Den Oudsten nr 12

1961 DAF TB160 DAF DD530 carr Den oudsten LADO 32

1961 Volvo Den Oudsten lijnbus 44 instap voor de vooras Diesel

1962 Daf Den Oudsten Zuidooster bus 6778

1962 DAF, TB102DD520 Den Oudsten

1963 DAF TB160DD530 DD575120pk carr Den Oudsten GTW155

1963 Leyland Den Oudstenbus De duikboot

1963 Leyland LERT 2-1 0.680 170pk carr Den Oudsten GTW 490

1963 Leyland LERT 2-1 0.680 170pk carr Den Oudsten GTW 495

1963 Leyland LERT 2-1 0.680 179pk carr Den Oudsten GTW 404

1963 Leyland LERT 2-1 0.680 179pk carr Den Oudsten GTW 401

1963 Leyland LERT 2-1 0.680 179pk carr Den Oudsten GTW 411

1963 Leyland LERT 2-1 0.680 179pk carr Den Oudsten GTW 420

1964 Leyland LERT 2-1 0.680 170pk carr Den Oudsten GTW 421 Arnhem

1964 Leyland LERT 2-1 0.680 170pk carr Den Oudsten GTW 485

1966 Leyland Den Oudsten » 7591 NACO 7500

1966 Leyland LERT 2-1 0.680 170pk carr Den Oudsten GTW 476

1967 Leyland DEN OUDSTEN AB

1969 De Haas 22 2e carr DAF Den Oudsten

1970 DAF DEN OUDSTEN + MB200 Den Oudsten.

1970 Leyland, LOK Den Oudsten

1971 DAF MB200 DKDL 600 Den Oudsten

1971 Leyland, LOK Den Oudsten

1972 Leyland den Oudsten KLM

1974 DAF, MB200 DKDL600 Den Oudsten Arnhem

1976 DEN OUDSTEN

1979 DEN OUDSTEN (7) B79T-KM560 GVA Arnhem

1979 DEN OUDSTEN Trolleybus B79T-K560

1979 Leyland, LVB668 Den Oudsten

1980 DAF, MB200, DKDL600 Den Oudsten

1980 DEN OUDSTEN

1980 DEN OUDSTEN (9) B79-M380

1980 DEN OUDSTEN (10) B79-D560A

1980 DEN OUDSTEN (11) B79-D560

1980 DEN OUDSTEN (12) B79T-K560

1980 DEN OUDSTEN (13) B79T-K560 Kiepe

1982 DEN OUDSTEN (4) Rembrandt

1982 DEN OUDSTEN

1983 Den oudsten Dubbel Dekker 80ér jaren

1974 Leyland-Den Oudsten

1984 Den Oudsten Mercedes 7004

1986 Den Oudsten DAF Ned

1988 DAF Den Oudsten B88 BBAbus

1988 DEN OUDSTEN B88

1988 DEN OUDSTEN B88

1988 DEN OUDSTEN B88-HF615 Type 88K

1988 Den Oudsten DAF SGB 22

1988 DEN OUDSTEN Immage B88

1988 DEN OUDSTEN Midibus

1989 DAF, MBG200 Den Oudsten (B88)

1989 DEN OUDSTEN Alliance B89

1989 DEN OUDSTEN B88-MF580

1989 DEN OUDSTEN Immage

1989 Volvo DEN OUDSTEN

1990 DEN OUDSTEN Alliance City B90-LF620

1990 Den Oudsten B88 België

1991 DEN OUDSTEN Alliance B91 (B95)

1992 DEN OUDSTEN Alliance B89-MF575

1993 DAF Den Oudsten Alliance Litouwen

1993 DEN OUDSTEN Alliance City B93

1993 DEN OUDSTEN B93 Gelede

1994 DAF SB220 02LT575 Den Oudsten B89 Alliance

1995 DEN OUDSTEN B95 ALLIANCE INTERCITY

1995 DEN OUDSTEN VIKING 13 7m

1996 DEN OUDSTEN Alliance B90

1996 DEN OUDSTEN Alliance B96

1996 DEN OUDSTEN Alliance

1996 DEN OUDSTEN B96 ALLIANCE CITY

1996 Den Oudsten B96 DL595 – DAF 111 Alexia

1996 Den Oudsten B96 DL595 – DAF 176-marktbus

1996 DEN OUDSTEN Immage

1997 DEN OUDSTEN Fokker PROTOTYPE X97

1997 DEN OUDSTEN X97 PROTOTYPE

1998 DEN OUDSTEN AVANCE

1999 DAF Den Oudsten Alliance B95 Ned

1999 DEN OUDSTEN Alliance B95 Intercity

2000 Den Oudsten Alliance Intercity 2000 Litouwen

2001 DAF-Den Oudsten Alliance City B96′s SVD121

2008 Daf Den Oudsten  Cuba

Beekse Bergen 3-rts Hilvarenbeek

Beekse Bergen 4-lks Hilvarenbeek

Beekse Bergen 10-Nairobi Hilvarenbeek

Beekse Bergen 11-rts-Kinshasa Hilvarenbeek

DAF DEN OUDsten van Oeveren

Daf SB 220 nr. 5139 met carrosserie van Den Oudsten

Den Oudsten & Zn v30-31

DEN OUDSTEN (1)

DEN OUDSTEN (2)

DEN OUDSTEN (3)

DEN OUDSTEN (3a) Gelede

DEN OUDSTEN (6)

DEN OUDSTEN VW LT

Den Oudsten-B96-Alliance-City-Linienbus-RVE-5024-rot

DVM Bus 99 (2) Volvo B10M carrosserie van Den Oudsten ex Harmanni  in huur bij de TET.

Gehuurde Daf 1489 met carrosserie van Den Oudsten  voor versterkingsritten in de winter

Leyland Den Oudsten DVM 260 NL

Leyland Den Oudsten Groningsch-Drentsch Snelvervoer bus 22 (GADO 7644) van het type Leyland-Den Oudsten LO te Schoonebeek GDS 22

Leyland Den Oudsten NZH

Leyland Den Oudstenbus (NS 7577)

Leyland LO – Den Oudsten 7639 van het HBM

Scania-vabis 51 met carrosserie van Den Oudsten. Opname, Grensovergang Glanerbrug.

Scania-Vabis 52 met carrosserie van Den Oudsten. Opname te Altenberge (Dld), bij een wegopbreking in 1962

Scania-Vabis nr. 60 met carrosserie van Den oudsten. In 1968 gesloopt

Scania-Vabis Stadsbus 38 met carrosserie van Den Oudsten. 29 zitplaatsen. kenteken RB-12-32

Stadsbus 38. Opname bij hotel Lansink in Hengelo. Naast de bus, hoofdcontroleur van Rooy

SW 1040 2e carr plaats onbekend

SW 1059 NB-25-03 tijdens autobusmeeting op vliegveld tijd en plaats

Volvo Den Oudsten Hoogeveen Tensen 17

Volvo B10M-55 nr. 124 met carrosserie van Den Oudsten

Tot zover Den Oudsten, binnenkort DOMBURG

Filed Under: AEC, BUSES, Carrosserie, DAF, DEN OUDSTEN, DOMBURG, DUVEDEC, FOKKER, Ford, GUY, Kromhout, Leyland, Mercedes Benz, NEOPLAN, NETHERLANDS, New Flyer Industries, NOVA Bus, Oldsmobile, Opel, SCANIA VABIS, Trolleybuses, VOLVO